De Wiardi Beckman Stichting ontleent haar naam aan de vooraanstaande sociaal-democraat Herman Bernard Wiardi Beckman.

H.B. Wiardi Beckman

(Nijmegen 4 februari 1904 - Dachau 15 maart 1945)

Toen Herman Bernard (‘Stuuf’) Wiardi Beckman in de nacht van 17 op 18 januari 1942 door de Duitse Sicherheitspolizei werd gearresteerd, terwijl hij samen met Frans Goedhart en enige anderen in de snerpende kou op het Scheveningse strand wachtte op de overtocht naar Engeland, kwam er een abrupt einde aan de carrière van een man die gezien werd als een van de grote toekomstige leiders van de Nederlandse sociaal-democratie. Wiardi Beckman was door koningin Wilhelmina opgeroepen om deel te gaan uitmaken van het oorlogskabinet, zoals Jaap Burger voor hem en van Heuven Goedhart later. Vijf keer al was een poging tot overtocht mislukt. De zesde keer wist de Duitse SD van de operatie en kon zij Beckman en Goedhart - de oprichter van Het Parool - arresteren.

Natzweiler en Dachau

Wiardi Beckman en Goedhart werden opgesloten in Scheveningen. Meer dan poging tot vlucht kon Wiardi Beckman niet ten laste worden gelegd, simpelweg omdat hij niet meer wenste los te laten. Ook Goedhart zweeg onder alle omstandigheden; hij kon later overigens tijdens een transport ontvluchten. Wiardi Beckman had dat geluk niet: via Amersfoort kwam hij als ‘Nacht und Nebel’-gevangene in het concentratiekamp Natzweiler en vervolgens in Dachau terecht (in 1944) waar hij op 15 maart 1945, kort voor de bevrijding, overleed. Tot het laatste ogenblik bleef, aldus zijn medegevangenen in al die kampen, zijn geest ongebroken.

Politieke hervorming

Samen met zijn vriend en partijvoorzitter van de SDAP, Koos Vorrink, was hij tot aan zijn arrestatie nauw betrokken geweest bij het verzet en de illegale pers. Hij was Vorrinks plaatsvervanger in de redactie van Het Parool en dacht, binnen de groep-Scholten, na over Nederland na de bevrijding. Via Vorrink was hij betrokken bij het Politieke Convent. Van politieke vernieuwing tijdens de bezettingstijd moest Wiardi Beckman niets hebben; ook niet van de Nederlandse Unie. In 1940 schreef hij publiekelijk:

'Als voorstander van vernieuwing van de Nederlandse samenleving sta ik verre van hen, die thans met luider stemme al het oude smadelijk veroordelen. Willen hervormingen een zuiver Nederlands karakter hebben, dan zullen wij dit werk zelf moeten verrichten, in vrijheid. In tijd van vreemde bezetting doet men beter de critiek op het goede eigen nest binnen de wal van zijn tanden te houden. En als wij dan niet mogen spreken over de vraagstukken die voor iedere Nederlander de hoofdzaak behoren uit te maken - dan zullen wij goed doen over andere kwesties van openbaar belang, die, hoe belangrijk zij ook zijn mogen, toch altijd in het tweede gelid komen, zo sober mogelijk te zijn. Voor Nederlandse vernieuwing is het nu niet de tijd.'

Wiardi Beckman was geen 'onvermijdelijk' socialist. Hij kwam - geboren in 1904 in Nijmegen - uit een artsengezin, maar werd vooral door zijn moeder wel met een groot sociaal plichtsgevoel opgevoed. Al in zijn gymnasiumtijd was hij overtuigd aanhanger van Troelstra's SDAP en beschouwde hij zijn deelname als een plicht van solidariteit van iemand die in alle opzichten bevoorrecht was.

Na het gymnasium studeerde hij geschiedenis in Leiden, waar hij onder Johan Huizinga's leermeesterschap in 1931 promoveerde tot doctor in de letteren op een historische studie over het syndicalisme in Frankrijk. Intussen stond hij Troelstra bij in het schrijven van diens gedenkschriften en voltooide die, door het redigeren van het vierde deel, na Troelstra's overlijden. Huizinga had hem voor de wetenschap willen behouden, maar Wiardi Beckman koos voor de politiek. Eerst als jong assistent-hoofdredacteur van het Vrije Volk (en de andere bladen van De Arbeiderspers), vanaf 1937 als hoofdredacteur en als lid van de Eerste Kamer.

In feite was Wiardi Beckman de belangrijkste auteur, onder Vorrinks wakend oog - van het in 1937 aanvaarde nieuwe Beginselprogramma van de SDAP, waarmee zijn invloed ver reikte over de bezettingsjaren heen. Het eerste beginselprogramma van de naoorlogse Partij van de Arbeid vertoont met Wiardi Beckmans tekst immers grote gelijkenis. Wiardi Beckman verdedigde deze op het congres van 1937, dat het programma vaststelde. In het partijbestuur was hij de man van radicale ideologische vernieuwing tezamen met Vorrink en Banning. Belangrijke steun en voeding daarvoor kwamen van het wetenschappelijk bureau onder Tinbergen en Vos, dat in 1935 het Plan van de Arbeid publiceerde.

De democraat (en daarom felle anti-communist) Wiardi Beckman heeft de Nederlandse sociaal-democratie geleerd historisch te staan in de traditie van de Nederlandse geschiedenis, in opstand en vrijheidsstrijd begonnen, en daarin te zijn geworteld. Tijdens de bezettingsjaren heeft hij, zolang het kon, sociaal-democraten en anderen, ook de pseudo-vernieuwers, daaraan publiek herinnerd.

De socialist Wiardi Beckman kwam, met Tinbergen en Vos, op voor een planmatige en gestuurde economie die een einde zou kunnen maken aan de gruwelijke werkloosheid en de massale armoede van die jaren. Niet door op te roepen tot klassenstrijd, maar tot samenwerking met andere sociaal vooruitstrevende krachten in Nederland. Zijn belangrijkste verwijt aan vooral de katholieken was dat zij een dergelijke samenwerking stelselmatig bleven afwijzen.

Wiardi Beckman pleitte, zowel in het Beginselprogramma als in zijn optreden in de Eerste Kamer, voor een behoorlijke defensie - niet, zoals Colijn bepleitte, ten koste van alles, maar wel als prioriteit naast de sociale politiek. In tegenstelling tot Banning - en tot heel de SDAP in de jaren twintig - kwam hij op voor een zo goed mogelijke militaire verdediging:

'Het is veel waard, dat men weet in het buitenland, dat ons volk één is in bereidheid om voor het behoud van het vrije Nederland offers te brengen; één is in den wil om onze zelfstandigheid ongerept te bewaren.'

 Aldus Wiardi Beckman in 1939 in de Eerste Kamer die zijn interventie hield onder het motto: 'Liever den ondergang dan slaaf.' Een motto dat hij vanaf 10 mei 1940 als reserve-officier en vervolgens als verzetsman overtuigd heeft nageleefd.

J.Th.J. van den Berg
De tekst is ontleend aan J. Th. J. van den Berg, 'Wiardi Beckman Stichting, Taak en werkwijze', Amsterdam, 1989.